Auteur: Yanis Varoufakis
Mar 29, 2017, Artikelen
Artikel oorspronkelijk gepubliceerd in CNN
Nu de Britse Eerste Minister Theresa May Artikel 50 in gang zet en we niet meer onder Brexit uit kunnen, ligt Europa in de greep van twee paradoxen. Beide vormen een duidelijk gevaar voor de Europese Unie en voor Engeland.
Het is niet gek dat David Cameron — May’s voorganger die het Brexit referendum verloor — de uitkomst van zijn nederlaag nog niet helemaal doorgrondt.
Engeland stapt nu uit de EU vanwege zijn verzoek om een “variabele geometrie”, hetgeen Engeland zou toestaan zich terug te trekken uit een aantal basisprincipes van de EU. Dit is zonder pardon afgewezen door Berlijn en, minder rigoureus, door Parijs.
Nochtans, door Brexit nemen Berlijn en Parijs nu het idee van variabele geometrie over als zijnde de weg vooruit voor de EU.
Deze eerste paradox is makkelijker te begrijpen als je kijkt door de bril van de gebruikelijke Europese praktijk van ‘van een nood een deugd maken’.
Angela Merkel, de Duitse bondskanselier, was jarenlang tegen het idee van een Europa van meerdere snelheden — waardoor sommige landen, vanwege hun binnenlandse politieke situatie, minder geïntegreerd konden zijn dan andere.
Maar nu — nadat het grootse economische mismanagement van de eurocrisis de legitimiteit van de EU heeft ondermijnd, de Eurosceptici een belangrijke impuls heeft gegeven en de EU een vergevorderd stadium van desintegratie in heeft geholpen — lijken Mevrouw Merkel en haar collega-EU-leiders van mening dat een Europa van meerdere snelheden essentieel is om het blok bij elkaar te houden.
Vorig weekend, toen EU-leiders bijeenkwamen om de 60ste verjaardag van het Verdrag van Rome te vieren, ondertekenden de leiders van de resterende 27 lidstaten de Declaratie van Rome. Hierin zeggen zij toe “samen te zullen werken, waar nodig in verschillend tempo en intensiteit, met de neuzen dezelfde kant op, zoals we in het verleden hebben gedaan.”
Het lukt niet om de EU bijeen te houden, op hetzelfde pad richting gemeenschappelijke waarden, een gemeenschappelijke markt en een gemeenschappelijke munt. Dit onvermogen zal omarmd en gebracht worden als een nieuwe start die leidt tot een Europa waarin een coalitie van de welgezinden de originele ambities doorzetten, terwijl de overige landen buitencirkels vormen die door middel van niet nader gespecificeerde banden bij de binnenste kern aansluiten.
Voor de zelfbenoemde illiberale democratieën in Oost-Europa zal het in principe in een dergelijke, veelsoortige, EU mogelijk zijn om in de interne markt te blijven, zonder ook maar een enkele vluchteling te huisvesten of trouw te blijven aan normen voor persvrijheid en onafhankelijkheid van de rechterlijke macht; essentieel voor andere Europese landen. Landen als Oostenrijk kunnen dan schrikdraad langs hun grenzen opstellen. Een dergelijk Europa zou zelfs de deur kunnen openlaten voor Groot-Brittannië om terug te keren als onderdeel van een van Europa’s buitencirkels.
Of je deze visie nou deelt of niet, feit blijft dat de kans van slagen van de EU afhangt van een belangrijke voorwaarde: een geconsolideerde, stabiel eurozone.
Je hoeft dit alleen maar aan te geven om de tweede paradox van onze post-Brexit realiteit te erkennen: in haar huidige staat kan de eurozone niet de stabiliteit verschaffen die de EU — en Europa — nodig heeft om voort te bestaan.
De weigering om rationeel om te gaan met het faillissement van de Griekse staat is een praktische lakmoesproef voor het vermogen van het Europese establishment om de eurozone te stabiliseren.
Zoals we er nu voorstaan zien de vooruitzichten voor een gestabiliseerde eurozone er niet goed uit. Business as usual — de optie waaraan het establishment zijn voorkeur geeft — kan binnenkort een serieuze Italiaanse crisis opleveren die de eurozone niet overleeft.
Het enige alternatief dat nu in behandeling is, is een eurofederatie-light, met een minuscuul gemeenschappelijk budget dat Berlijn zal goedkeuren in ruil voor directe controle over het Franse, Italiaanse en Spaans nationale budget. Zelfs al zou het zover komen, twijfelachtig gezien het politieke klimaat, dan is het nog too little, too late om de eurozone te stabiliseren.
Dus, de realiteit die Europa onder ogen moet zien: een betamelijke federatie van 27 lidstaten is onmogelijk gezien de centrifugale krachten die Europa uit elkaar trekken. Een bondgenootschap van variabele geometrie — van het type dat David Cameron had aangevraagd en waarbij het VK misschien na 2019 wil aanhaken — vereist een geconsolideerde eurozone. Dit echter lijkt ook onmogelijk gezien het huidige klimaat.
EU-lidstaten toestaan om in verschillende richtingen en in verschillende snelheden verder te gaan, is precies de verkeerde manier om de uiteenlopende zorgen van Europeanen in diverse landen aan te pakken — en een vreemde manier om ze samen te voegen op een en dezelfde weg vooruit voor het continent.
In werkelijkheid worden Europeanen al verenigd door twee existentiële dreigingen: een onvrijwillig gebrek aan werkgelegenheid — bittere vrucht van onder-investering door bezuinigingen — en een onvrijwillige migratie — resultaat van overconcentratie van investering in bepaalde regio’s.
Om de Europese Unie weer op de rails te krijgen moet ieder afzonderlijk Europees land gestabiliseerd worden en geholpen worden om te slagen.
Europa kan niet voortbestaan als een “de-sterkste-wint, ieder-voor-zich” -unie. Of als een Bezuinigingsunie gebouwd op gedepolitiseerde economische besluitvorming met een vijgenblad federalisme waarin sommige landen gedoemd zijn tot permanente depressie en waarin schuldenaars hun democratisch rechten worden ontzegd.
Europa, kortom, heeft een New Deal nodig — misschien vergelijkbaar met de New Deal die mijn organisatie DiEM25 onthuld heeft in Rome vorig weekend toen de Europese elites toastten op hun variabele geometrie — een New Deal die het gehele continent beslaat en alle landen omvat, of ze nou tot de eurozone behoren, tot de Europese Unie of tot geen van beide.
Do you want to be informed of DiEM25's actions? Sign up here